Plan voor supersterke, duurzame vezels

Het Nederlandse bedrijf BioBTX (gevestigd in Groningen) en het Japanse bedrijf Teijin Aramid (Emmen en Delfzijl)  hebben besloten samen te werken bij de ontwikkeling van een supersterke kunstvezel die gemaakt is van duurzaam materiaal. De samenwerking heeft een subsidie gekregen van onder meer de provincies Groningen en Drenthe. Ook het Noord-Nederlandse chemiecluster (Chemport Eruope) heeft subsidie toegekend omdat het de positie van de chemiecluster in Noord-Nederland versterkt.

“We staan pas aan het begin”, zegt Pieter Imhof, algemeen directeur van BioBTX, het  technologie ontwikkelingsbedrijf dat in 2012 is gestart. “We ontwikkelen technologieën voor de chemische industrie. We proberen duurzame materialen om te zetten naar basischemicaliën. Tegenwoordig worden eigenlijk alle basischemicaliën voornamelijk geproduceerd uit olie. Wij proberen alternatieve, duurzame manieren te vinden door olie te vervangen door bijvoorbeeld biomassa of afvalmaterialen.” BioBTX is een startup, waarbij sinds vorig jaar enkele mensen in dienst getreden zijn. Sinds 2012 wordt al er wel veel samengewerkt met de universiteit van Groningen en met de bedrijven waaruit BioBTX is voortgevloeid namelijk KNN en Symcom. “Toen werkten we met mensen van hen. ”

Recent is een samenwerking gestart met het Japanse bedrijf Teijin Aramid. Imhof: “Dat nieuws is kortgeleden aangekondigd. We zijn een zelfstandig bedrijf dat technologieën ontwikkelt. De producten die we via onze technologie kunnen maken zijn duurzaam. Er zijn veel partijen zoals Teijin geïnteresseerd in deze duurzame producten. We hebben met Teijin een samenwerkingsproject opgezet waarin we onderzoeken of de producten van Teijin op een duurzame manier gemaakt kunnen worden door het gebruik van biomassa. De producten van Teijin zijn supersterke vezels en die maken ze nu nog uit oliegebaseerde producten. En met ons proberen ze dan een andere route te verzinnen waardoor het ook duurzaam geproduceerd kan worden. Dus het is echt een onderzoeksprogramma. We bekijken samen of het technisch en economisch haalbaar is. Op het moment gaan we kijken wat de volgende stap zou kunnen zijn.”

Er is al aangetoond dat BioBTX grondstoffen op duurzame basis kan maken. Imhof: “Maar we moeten met die grondstoffen verder gaan in het lab om te kijken wat voor routes naar hun garen ontwikkeld kunnen worden. En dat kunnen andere routes zijn dan ze tot nu gebruiken.”

Teijin en BioBTX worden voor dit project financieel deels ondersteund door de provincies Groningen en Drenthe en door Chemport Europe. Voor hen is het belangrijk dat twee industriële partijen uit de regio onderzoeken wat de mogelijkheden zijn voor productie van duurzame materialen, en de daarbij behorende effecten op milieu, kosten, kwaliteit en productiecapaciteit.

Mocht dit project succesvol zijn, dan zal productie van de basischemicalien bij BioBTX liggen, terwijl Teijin de uiteindelijke supersterke vezels maakt. Maar productie ligt wel een stuk verder in de toekomst. Daar zitten ook  stappen tussen om van de basischemicalien naar de vezels te komen. Dat kan of een van ons doen maar kan ook middels andere partijen. Dat is echt iets wat je in een volgende fase gaat bekijken.”

Hoe lang gaat het duren? Imhof: “Dit onderzoeksproject gaat een anderhalf jaar duren. En daarna gaan we kijken of en hoe we doorgaan. Het hangt af van de resultaten en hoe we verder kunnen gaan. Als we succesvol zijn met BioBTX ontwikkeling dan zijn we wel van plan om over twee/drie jaar een kleine, commerciële fabriek neer te zetten. Dat is afhankelijk van de ontwikkeling van onze technologie, de economische en ecologische effecten en de mogelijkheden die we zien. En pas dan kunnen we effecten op bijvoorbeeld  investeringen en werkgelegenheid bepalen. De samenwerking met Teijin helpt ons verder in het ontwikkelen en het bepalen van de toegevoegde waarde van onze technologie.”