Den Haag, 26 oktober 2017. Het kabinet-Rutte III en koning Willem-Alexander staan op het bordes bij Paleis Noordeinde in Den Haag.

Het kabinet Rutte III biedt vanmiddag haar ontslag aan bij de Koning. Het kabinet zal tot het formeren van een nieuw kabinet als demissionair kabinet functioneren. Minister Wiebes treedt echter af en gaat niet verder als demissionair minister. Hij was verantwoordelijk als staatssecretaris tijdens de toeslagenaffaire.

De rol van Wiebes wordt tijdelijke vervuld door Cora van Nieuwenhuizen, tot de VVD een meer permanente vervanger heeft voorgedragen. Volgens Rutte heeft het vertrek van Wiebes geen gevolgen voor de coronasteun aan ondernemers.

Wiebes treedt af om een mogelijke discussie over een ‘verplicht aftreden’ te voorkomen. In zijn tamelijk emotionele toelichting ging hij niet in op lopende zaken. Wel vertelde hij dat hij een groot aantal ‘loodzware dossiers’ heeft moeten behandelen, waaronder het klimaatakkoord en het Urgenda vonnis.

FME reageerde als volgt op het aftreden van het kabinet:

“Ondernemersorganisatie voor de technologische industrie FME vindt het spijtig dat het kabinet, juist in deze ontzettend ingewikkelde tijden voor iedereen, is afgetreden.

Het kabinet-Rutte III heeft zich een goede samenwerkingspartner met de technologische industrie getoond, zeker ook tijdens deze coronacrisis. “Ik heb veel respect voor het werk dat het kabinet heeft verricht om burger en bedrijfsleven sterker uit deze crisis te laten komen. Het in korte tijd optuigen van steunpakketten en de maatregelen om de zorgsector te helpen om daarmee de gezondheid van zoveel mogelijk Nederlanders veilig te stellen, getuigt van een ongekend doorzettingsvermogen van de bewindspersonen”, zegt FME- voorzitter Ineke Dezentjé.

FME gaat er uiteraard vanuit dat de Tweede kamer gezondheid en economisch herstel niet als controversiële onderwerpen zal verklaren. Dezentjé: “De volksvertegenwoordigers moeten het demissionaire kabinet alle steun geven om burger en bedrijfsleven zoveel mogelijk perspectief op een gezonde en welvarende toekomst te bieden”.