voortbestaan chemiebedrijven
VNCI-voorzitter Nienke Homan (links) overhandigt de strategie aan minister Hermans van Klimaat & Groene Groei. Fotograaf: Valerie Kuypers

Voor een sterk en onafhankelijk Nederland heb je een sterke industrie nodig. Chemiebedrijven staan voor de grootste transformatie uit hun geschiedenis en lopen daarbij tegen grote knelpunten aan. De Koninklijke VNCI roept het kabinet op om vaart te maken met industriebeleid dat deze belemmeringen wegneemt en helpt om investeringen in verduurzaming los te trekken.

Het marktaandeel van de chemische industrie in Europa is de afgelopen twintig jaar gehalveerd. Zonder hulp van de overheid loopt dit verder terug en staat het voortbestaan chemiebedrijven op het spel. Voor Nederland is dit beeld nog kritischer. Als grote investeringen uitblijven, worden we nog afhankelijker van landen als China en de Verenigde Staten. Om het tij te keren moet er nu geïnvesteerd worden in de chemische industrie. Dat is de boodschap die Nienke Homan (voorzitter Koninklijke VNCI) onlangs meegaf aan minister Sophie Hermans van Klimaat & Groene Groei bij de overhandiging van de nieuwe vijfjarenstrategie van de brancheorganisatie voor de chemische industrie.

Knelpunten

De VNCI waarschuwt voor de gevolgen van de knelpunten die chemiebedrijven belemmeren in hun transformatie. Zoals hoge energieprijzen, ontoereikende infrastructuur voor duurzame energie, importstromen van goedkope producten van buiten Europa en de beperkte beschikbaarheid van duurzame grondstoffen. “Je merkt aan alle signalen dat er terugtrekkende bewegingen zijn. De industrie heeft al grote verduurzamingsinvesteringen gedaan, maar de volgende fase loopt vast. Daar maak ik me grote zorgen over”, zegt Homan. “Bedrijven kijken scherp of ze hier kunnen blijven produceren. Grote projecten worden uitgesteld, fabrieken worden stilgelegd en we zien de eerste aankondigingen van ontslagen. Er is nu actie nodig, anders gaan we kopje onder.”

Klimaatdoelen

De prioriteit van de chemische industrie ligt bij het maken van veilige en duurzame producten, in balans met de omgeving. Sinds 1990 is er al 48% CO2 (-equivalent) gereduceerd, maar de industrie wil verder. Het halen van de klimaatdoelen en het opbouwen van de circulaire economie vragen om verdere investeringen, en die komen op dit moment niet vanzelfsprekend naar Nederland. Daarvoor moet de industrie wel concurrerend zijn en zicht hebben op een helder toekomstperspectief. De overheid kan hierin helpen door de marktvraag naar duurzame producten te stimuleren. Homan: “De chemie is van landsbelang voor strategische onafhankelijkheid, banen, innovatie en de circulaire economie. Kortom voor onze welvaart en nationale veiligheid. Met een duurzame chemische industrie, staan we sterk in een onrustige wereld.”

Lees hier de gehele VNCI-strategie: Sterke industrie voor een sterk Nederland; het tij keren voor de producten van morgen